In dit artikel:
- Profielen in Logi Options+
- Nieuwe profielen configureren
- Dynamisch schakelen tussen profielen bij 'Aanpassen aan app'
- 'Aanpassen aan app' in- of uitschakelen
- Profielen importeren en exporteren
Welke profielopties zijn er in Logi Options+?
U kunt drie verschillende soorten profielen maken:
Algemeen profiel
- Een algemeen profiel bevat veel verschillende acties die niet specifiek aan een toepassing zijn gekoppeld. Dit profiel wordt geactiveerd wanneer er geen ander actief toepassingsprofiel is.
Toepassingsprofiel
- Een toepassingsprofiel wordt geactiveerd wanneer er een specifieke app is geopend.
Profiel importeren
- U kunt een eerder opgeslagen profiel of een profiel dat is verstrekt in een bestandstype (*.lp4 of *.lp5) importeren.
Hoe configureer ik nieuwe profielen?
Om een nieuw profiel te configureren, klikt u op de knop + (plusteken) op de profielbalk bovenaan de configuratiepagina van uw apparaat.
U kunt Algemeen profiel, Toepassingsprofiel of Profiel importeren selecteren.
Algemeen profiel:
- Als u ALGEMEEN PROFIEL selecteert, gaat u naar de pagina Een profiel kiezen.
- U kunt kiezen uit Standaard of BEGINNEN MET EEN LEGE SJABLOON om uw gewenste actie voor de toepassing handmatig opnieuw toe te wijzen.
- Houd er rekening mee dat u een profiel maakt voor een specifiek apparaat (in dit voorbeeld voor de MX Creative Keypad).
Toepassingsprofiel
- Als u TOEPASSINGSPROFIEL selecteert, gaat u naar de pagina ONDERSTEUNDE TOEPASSINGEN.
- Zoek en selecteer de app die u wilt koppelen.
- Zodra de app is geselecteerd, gaat u naar het venster Een profiel kiezen.
- U kunt kiezen uit Standaard of BEGINNEN MET EEN LEGE SJABLOON om uw gewenste actie voor de toepassing handmatig opnieuw toe te wijzen.
- Houd er rekening mee dat wanneer de toepassing wordt geopend (of op de voorgrond verschijnt), dit profiel op dit specifieke apparaat wordt geactiveerd.
Wat is dynamisch schakelen tussen profielen bij 'Aanpassen aan app'?
Met deze functionaliteit kunnen uw app-specifieke profielen automatisch worden geactiveerd wanneer de relevante toepassing wordt geopend of naar de voorgrond wordt gebracht. Deze functie is standaard ingeschakeld voor een soepelere en efficiëntere ervaring.
Hoe schakel ik dynamisch schakelen tussen profielen bij 'Aanpassen aan app' in of uit?
Dynamisch schakelen tussen profielen in- en uitschakelen:
- Ga naar Instellingen op de configuratiepagina van het apparaat.
- Klik op het tandwielpictogram rechtsonder op de pagina.
- Gebruik onder Systeemacties de schakelaar naast Focus op toepassing om automatische activering in of uit te schakelen.
Opmerking: in sommige gevallen wilt u deze functie mogelijk uitschakelen om bepaalde acties vast te zetten, omdat u mogelijk verschillende toepassingen tegelijkertijd gebruikt. In deze modus moet u de gebruikersinterface voor de configuratie gebruiken om het actieve profiel te wijzigen.
Hoe importeer en exporteer ik profielen?
Profielen importeren:
1. Klik op het pictogram + (plusteken) in de profielbalk.
2. Klik op PROFIEL IMPORTEREN.
3. Selecteer een profielbestand (*.lp4 of *.lp5) wanneer daarom wordt gevraagd.
Opmerking: vergeet niet dat u alleen bestanden kunt importeren voor het specifieke apparaat waarop u het proces hebt gestart, zoals de MX Creative Keypad in dit voorbeeld.
Een profiel exporteren:
1. Gebruik het menu met drie stippen aan de rechterkant van elk profielpictogram in het vervolgkeuzemenu.
2. Selecteer de optie EXPORTEREN.
3. Kies een naam en een locatie voor het geëxporteerde profielbestand wanneer daarom wordt gevraagd.
Opmerking: dit profiel bevat alleen toewijzingen voor het specifieke apparaat waarop u bent begonnen; in dit voorbeeld is dat de MX Creative Keypad.
Veelgestelde vragen
Er zijn geen producten beschikbaar voor deze sectie